Zo krijgt mijn baby een goed dag- en nachtritme

Waarom is het ritme bij baby’s omgedraaid?

Je baby heeft maar liefst 9 maanden lang in de buik gezeten en daar was natuurlijk geen biologische klok. Het wiegen in de buik zorgde er juist voor dat hij overdag lekker kon slapen. Zodra hij uit de buik is, slaapt en drinkt hij daardoor niet alleen overdag, maar soms ook ‘s nachts. Ook heeft je baby in het begin nog om de drie tot vier uur voeding nodig en slaapt hij tussen de voedingen door.  

Omdraaien maar dat dag- en nachtritme

Hoe kun je er dan voor zorgen dat je kleintje wel een dag- en nachtritme krijgt? Laten we beginnen met een hoop geduld. De eerste zes maanden heeft je baby vaak nog nachtvoeding nodig, maar ook zal je hem moeten helpen met het ‘instellen’ van zijn biologische klok. De meeste baby’s hebben hier wel zo’n 10 tot 12 weken voor nodig. Hoe je je baby daar het best bij kunt helpen? Door de verschillen tussen dag en nacht zoveel mogelijk duidelijk te maken:

• Probeer iedere dag op hetzelfde tijdstip te starten met de dag
• Zorg ’s nachts voor een donkere babykamer en niet te veel geluid
• Wordt je baby ’s nachts wakker? Maak het niet te gezellig. Dus niet tegen hem praten of te veel lichtjes
• Houd de voedingen in de nacht kort. Voeding klaar? Leg je baby weer in zijn bedje
• Loop overdag niet op je tenen, laat je baby juist wennen aan de geluiden
• Sla overdag liever geen voedingen over. Maak je baby dus even wakker als het tijd is voor een voeding
• Zorg ervoor dat je baby overdag, buiten de slaapjes om, voldoende licht ziet. Even lekker naar buiten gaan is ook een goed idee om zijn nachtrust te bevorderen

Heeft jouw baby na 12 weken nog geen dag- en nachtritme? Geen zorgen, gemiddeld begint de biologische klok pas rond 6 weken zich te ontwikkelen. Dit kan tot wel 16 weken duren. Onthoud dat een op de vier baby’s van 4 maanden dit nog niet heeft. Dit kan bijvoorbeeld komen doordat je baby oververmoeid is of onrustig. Onderstaande tips kunnen helpen:

• Kijk goed naar de wakkertijden van je baby
• Zorg voor zoveel mogelijk rust en regelmaat gedurende de dag
• Zorg voor een vaste slaapplek die je kleintje herkent
• Gebruik iedere avond een vast bedritueel
• Schroom niet om hulp in te schakelen. Lang slecht slapen is natuurlijk voor niemand fijn.